Advies en veelgestelde vragen over led verlichting

Halogeenspotjes onder je keukenkastjes vervangen door ledspots lijkt tricky, maar is eigenlijk heel eenvoudig. Daarom hebben we een stappenplan opgesteld. Deze kun je ernaast houden wanneer je jouw 12 volt halogeenspots en bijbehorende trafo/transformator in de keuken vervangt, zodat je snel weer je aanrecht goed, mooi en duurzaam verlicht.

Scroll direct door naar:

• Benodigdheden voor het verwisselen van halogeenspotjes onder de keukenkastjes
• Stappenplan: halogeenspots keukenkastje vervangen door led inbouwspots
• Veelgestelde vragen

Goed om te weten voordat je begint…

Wanneer je de halogeenspots onder je keukenkastje vervangt door ledinbouwpots, moet je rekening houden met de volgende drie zaken:

• Halogeenspots en ledspots werken niet samen. Je moet dus alle halogeenspotjes in je keuken vervangen door ledspots. Ook als maar 1 halogeenspot kapot is.

• Je moet toegang hebben tot de trafo/transformator van de halogeenspotjes. Deze ligt vaak bovenop de keukenkastjes of in uitzonderlijk gevallen in één van de keukenkastjes.

• Garantie blijft bestaan: we gaan je vragen om in de stroomkabels van je nieuwe ledspots te knippen. Dit kan spannend zijn, maar wees gerust; de garantie op je ledspots van Ledinbouwspotsleds blijft gewoon geldig!

Benodigdheden voor het verwisselen van halogeenspotjes onder de keukenkastjes

Voor het verwisselen van halogeenspotjes door ledinbouwspots, heb je de volgende spullen nodig:

1. Passende led inbouwspots

Wanneer je één halogeenspot wilt vervangen voor een ledinbouwspot, moet je ze allemaal vervangen. Halogeen en ledspots werken namelijk niet samen. Koop dus voor iedere halogeenlamp onder je keukenkastje een nieuwe ledspot.

9 van de 10 spotjes in keukenkastjes hebben een diameter tussen de 55 mm en 60 mm en een zeer lage inbouwdiepte van maximaal 20 mm. Bij Ledinbouwspotsleds hebben we speciaal hiervoor spots met een zeer lage inbouwdiepte ontwikkelt. Deze passen in de meeste gevallen perfect in de bestaande gaten onder jouw keukenkastjes.

2. Stroomkabel

Voor het verbinden van de led trafo’s van jouw nieuwe ledspots heb je een nieuw stuk 230 volt stroomkabel nodig. De lengte van de stroomkabel is afhankelijk van de lengte die je tussen je nieuwe trafo’s en de stroomvoorziening in de keuken hebt.

Voor een groot deel van het project kun je de bestaande stroomkabel gebruiken. Je hoeft bijvoorbeeld de 230 volt kabel die van de spot achter de keukenkastjes door naar de oude trafo loopt, niet te vervangen.

3. Soldeertang, kroonsteentjes of kabelschoentjes (2 kabelschoentjes en 4 Wago Lasklemmen per ledspot)

Je kunt ledspots op verschillende manieren verbinden aan de 12 volt stroomkabels onder je keukenkastje. Onze Wago lasklemmen zijn in veel gevallen te groot voor het keukenkastje. Gebruik daarom een soldeertang, kroonsteentjes, of, ons inziens de makkelijkste oplossing; 2 kabelschoentjes per ledspot.

Gebruik Wago Lasklemmen om de trafo van je ledspots te verbinden aan de stroomaansluiting in de keuken. Je hebt er 4 per ledspot nodig. Bekijk afbeelding 1 voor een voorbeeld.

4. Kabelstripper of mesje

Hiermee leg je de stroomkabeltjes in de stroomkabel bloot, zodat je ze kunt verbinden.

Stappenplan: halogeenspots keukenkastje vervangen door led inbouwspots

Schakel voordat je begint eerst de stroom uit. Maak daarna de halogeenspotjes los en haal ze van de bestaande 12 volt stroomkabel af. We beginnen met het installeren van de led spotjes onder de keukenkastjes. Daarna verbinden we de trafo’s met de stroomvoorziening.

Een overzicht van alle handelingen, vind je in afbeelding 1:

Afbeelding 1: overzicht led inbouwspots onder keukenkastje installeren

Stap 1: Haal de led spots uit de verpakking.

Maak de trafo’s los. Knip de connector van de spot en van de trafo af. Leg de trafo even weg. 

Afbeelding 2: haal de trafo en ledspot los van elkaar en knip de connectors eraf

Stap 2: Verbind de spotjes met de stroomkabel uit het keukenkastje.

Dit kun je doen door ze te solderen, of door gebruik te maken van kroonsteentjes of kabelschoentjes. Uit je ledspot komen een rode en zwarte kabel. Verbind de rode kabel uit de ledspot met de rode uit het keukenkastje en de zwarte kabel uit de ledspot met de zwarte kabel uit het keukenkastje.

Komen er andere kleuren stroomkabeltjes uit het keukenkastje, dan dat er uit je ledspot komen? Kies dan welke kleur je aan welke kleur verbindt, en doe dit overal. Komt er bijvoorbeeld uit jouw keukenkastje een groene en gele kabel? Verbind dan áltijd zwart met groen en rood met geel en doe dit overal. Ook bij het verbinden van de trafo’s aan de stroomvoorziening van de keuken.  

Afbeelding 3: verbind de ledspot aan de 12 volt  stroomkabel in de keuken. Let op dat je bij iedere spot (en later ook bij de trafo) dezelfde kleuren kabels aan elkaar verbindt.

Stap 3: Klem de spotjes in je keukenkastje

Zoek nu de oude halogeen trafo. Deze verbindt alle spotjes met de stroomvoorziening en is vaak te vinden boven de keukenkastjes.

Afbeelding 4: klem alle spotjes in de keukenkastjes en zoek de oude trafo

Stap 4: verwijder oude trafo

Verwijder de oude trafo die de halogeenspotjes van stroom voorzag. Als het goed is heb je nu aan de ene kant een aantal kabels die naar de aparte ledspots leiden en aan de andere kant één kabel die naar de stroomvoorziening leidt. 

Let op: laat de halogeentrafo niet zitten. led werkt niet samen met een halogeentrafo en heeft een speciale ledtrafo nodig.

Afbeelding 5: knip de halogeentrafo los

Stap 5: bevestig de nieuwe trafo's

Bevestig je nieuwe trafo’s zo aan de muur of aan het kastje, dat je ze eenvoudig kunt verbinden aan elkaar, aan de ledspots, en aan de stroomkabel. Dit kun je bijvoorbeeld doen door ze voorzichtig op een houten plankje te schroeven, of door ze met tape aan elkaar te plakken.

Uit de onderkant van de trafo komt 1 kabel, uit de bovenkant komen 2 kabeltjes. De onderkant verbind je met de kabel uit het keukenkastje. De twee kabeltjes aan de bovenkant verbind je aan de stroomtoevoer. (afbeelding 6).

Tip: nummer de trafo’s. Als en ledspot kapot gaat, weet je welke trafo erbij hoort en moet vervangen.

Stap 6: verbind iedere trafo met een ledspotkabel

Verbind iedere trafo met een ledspotkabel die uit het keukenkastje komt. Dit doe je door de stroomkabel van de ledspot te verbinden met de kabel van de trafo waar je de connector vanaf hebt gehaald. Verbind de zwarte met de zwarte kabel en de rode met de rode kabel.

Komen er andere kleuren kabeltjes uit jouw keukenkastjes? Verbind de kleuren van de kabeltjes dan net zoals je hebt gedaan bij stap 2 (zoals in afbeelding 3: groen met zwart en geel met rood).

Afbeelding 6: Verbind de kabel naar de ledspots met 2 Wago lasklemmen aan de trafo

Stap 7: parallelschakelen

Parallel schakel de trafo’s aan elkaar met een stuk nieuwe stroomkabel en verbind deze aan de 230 V aansluiting van je keuken. Uit iedere trafo komen 2 witte stroomkabeltjes. Deze verbind je met Wago Lasklemmen aan de nieuwe stroomkabel.

Let op: verbind per Wago Lasklem dezelfde kleur kabel aan elkaar.

 

Afbeelding 7: parallel schakel de trafo’s aan elkaar en aan de 230 V stroomvoorziening van de keuken

Stap 8: Zet de stroom aan en test je nieuwe ledspots.

Voor vragen en opmerkingen kun je contact met ons opnemen. Succes met het installeren en monteren van je nieuwe keukenkastjesverlichting! Hopelijk heb je er lang plezier van.

Veelgestelde vragen over halogeenspotjes onder de keukenkast vervangen

Wat heb ik nodig om de spotjes onder mijn keukenkastje te vervangen?

Om de halogeenspots onder je keukenkastje te vervangen, heb je het volgende nodig:

• Vervangende led inbouwspots
• kabelschoentjes (2 per ledspot)
• Wago lasklemmen (4 per ledspot)
• Stuk stroomkabel (om de nieuwe trafo’s aan elkaar te verbinden)

Welke maat led inbouwspots heb ik nodig voor mijn keukenkastje?

9 van de 10 spotjes in keukenkastjes hebben een diameter tussen de 55 mm en 60 mm en een zeer lage inbouwdiepte van maximaal 20 mm. Bij Ledinbouwspotsleds hebben we speciaal hiervoor spots met een zeer lage inbouwdiepte ontwikkelt. Deze passen in de meeste gevallen perfect in de bestaande gaten onder jouw keukenkastjes.

Kan ik mijn oude halogeen trafo laten zitten?

Nee, deze kun je niet laten zitten. De halogeentrafo en ledinbouwspots werken niet samen.

Waarom moet ik al mijn halogeenspotjes vervangen, als er maar één stuk is?

Ledspots en halogeenspots werken niet samen. Sluit je een ledspot aan op een halogeentrafo, dan gaat deze stuk. Vervang daarom in één keer al je halogeenspotjes voor led.

De kabelkleuren uit mijn keukenkastje hebben andere kleuren dan de kabeltjes uit de ledspots. Hoe moet ik ze monteren?

Kies welke kleuren je aan elkaar verbindt en doe dit bij iedere ledspot én bovenin bij de trafo hetzelfde.

Ik wil mijn Hera KB12 spots vervangen. Hoe doe ik dat?

Kies voor duurzaam en vervang je oude Hera KB12 halogeen spot voor de veel zuinigere led inbouwspots. Als je van halogeen overstapt naar led, moet je er wel rekening mee houden dat je direct alle spotjes onder het keukenkastje vervangt.

Scroll direct door naar:

• Wat is een Wago lasklem
• Hoe gebruik is een Wago lasklem?
• Led inbouwspots installeren met de Wago lasklem
• Led inbouwspots doorlussen met een Wago lasklem

Voor het installeren van led inbouwspots raden wij aan om Wago lasklemmen te gebruiken. In tegenstelling tot kroonsteentjes zijn deze eenvoudig en veilig in gebruik. Zo kun je snel en effectief stroomkabels en spotjes aan elkaar verbinden. In dit artikel leggen we uit wat een Wago lasklem is, hoe deze werkt, en hoe je er led inbouwspots mee aansluit.

Wat is een Wago lasklem? 

De Wago lasklem is een klein klemmetje waarmee je stroomkabels eenvoudig aan elkaar verbindt. Dit heeft hetzelfde resultaat als wanneer je kabels aan elkaar last. Vandaar de naam “lasklem”.

De lasklem zorgt ervoor dat de elektriciteit door verschillende, losse kabels wordt geleid. Bij Ledinbouwspotsleds verkopen we 3-polige klemmen. Dit betekent dat de wasklem de stroom kan splitsen, en geleiden. Lasklemmen worden gebruikt om de inbouwspots aan de stroomkabel te verbinden en om de stroomkabel aan te sluiten aan de plafond centraaldoos.

 

Scroll direct door naar:

• De juiste maat led inbouwspots
• De juiste maat led inbouwspots voor het vervangen van (halogeen) spots
• De juiste maat led inbouwspots voor een verlaagd plafond zonder zaaggaten
• Kies de juiste IP-waarde
• Dimbaar of niet dimbaar?
• Welke lichtkleur spots?
• Kantelbare spots
• Welk armatuur moet ik kiezen?
  
  

Het kiezen van de juiste led inbouwspots hangt af van een aantal technische factoren, maar ook van uw persoonlijke stijl en smaak. In dit artikel vertellen we waar u op moet letten bij het installeren van nieuwe led inbouwspots in verschillende kamers. Ook leggen we uit hoe verschillende soorten leds kunnen bijdragen aan de sfeer in uw ruimte. Zo koopt u nooit meer de verkeerde maat led inbouwspots en creëert u de gewenste ambiance in uw huis, kantoor of bedrijfspand.

Bepaal de juiste maat led inbouwspots

Met zoveel verschillende soorten en maten led inbouwspots, is het niet altijd even makkelijk om de juiste maat spot te kiezen. Ongeacht of u nieuwe led inbouwspots wilt monteren of vervangen in uw ruimte, moet u rekening houden met twee factoren:

1. De grootte van het zaaggat
2. De inbouwdiepte

Echter gelden er net iets andere voorwaarden voor het vervangen van led inbouwspots dan voor het monteren van spots in een plafond zonder zaaggaten. Daarom beginnen we met het toelichten van het zaaggat en de inbouwdiepte voor het vervangen van spots en vertellen we daarna waar u rekening mee moet houden wanneer u een plafond zonder zaaggaten van led inbouwspots wilt voorzien.

De juiste maat led inbouwspots voor het vervangen van (halogeen) spots

Het is belangrijk dat u de juiste maat spots koopt wanneer u uw verlichting verwisselt. U wilt namelijk niet dat uw spot uit het plafond valt, of dat u geen ruimte overhoudt voor de bedrading. Daarom houdt u bij het kiezen van de juiste spot rekening met de grootte van het bestaande zaaggat en de inbouwdiepte.

1. De grootte van het zaaggat

Het zaaggat is het gat in uw plafond waar oude spots of lampen inzaten of inzitten en waar u nieuwe led inbouwspots in wilt monteren. Het is belangrijk om de diameter van dit zaaggat te meten en in millimeters ergens op te schrijven (zie afbeelding 1 verder naar onderen).

U kiest een passende spot voor uw zaaggat door rekening te houden met de volledige diameter en de zaagmaat van de spot. De zaagmaat is het gedeelte van de spot dat u in uw plafond klemt (afbeelding 1). De volledige diameter van de spot is de doorsnede van de spot plus de armatuur om het spotje heen (afbeelding 1).

Kies een spot waarvan de zaagmaat hetzelfde of kleiner is dan de diameter van uw zaaggat, en waarvan de volledige diameter van de spot minstens 4 millimeter groter is dan uw zaaggat. 

Een voorbeeld:
U heeft een zaaggat met een diameter van 75 millimeter. Spotjes die hierin passen hebben een maximale zaagmaat van 75 millimeter en een minimale volledig diameter van 79 millimeter (afbeelding 1).

2. De inbouwdiepte

De inbouwdiepte is de hoogte van de led (afbeelding 1). Om de inbouwdiepte voor uw spotjes te bepalen, telt u de dikte van uw verlaagde plafond en de ruimte tussen uw verlaagde plafond en het echte plafond bij elkaar op (afbeelding 1). Het voordeel van led spotjes is dat ze, in tegenstelling tot halogeenlampen, niet warm worden. We raden daarom aan om tussen het spotje en het echte plafond minimaal 2 millimeter speling te hebben.

Veel ruimte tussen echt plafond en verlaagd plafond
Wanneer er veel plek is tussen het verlaagde plafond en het echte plafond (afbeelding 1) kunt u een led inbouwspot met zowel losse als geïntegreerde trafo/driver kiezen. Een trafo is maximaal 20 millimeter hoog en komt tussen uw verlaagd plafond en echte plafond te liggen. Zorg ook hier dat u 2 millimeter speling houdt. De exacte maat van de trafo staat vermeld bij onze led inbouwspots.   

Rekenvoorbeeld
Stel uw verlaagd plafond is 15 millimeter dik en de speling tussen uw verlaagd plafond en het echte plafond is 60 millimeter. Dan raden we aan om een spot met een inbouwhoogte van minimaal 15 en maximaal 78 millimeter te nemen. Een trafo is maximaal 20 millimeter hoog, daar is in deze situatie dus genoeg plek voor.  

Weinig ruimte tussen echt plafond en verlaagd plafond
Heeft u maar enkele millimeters ruimte tussen uw verlaagd plafond en het echte plafond? Dan raden we aan om een inbouwspot met ingebouwde trafo nemen. Deze soort spot heeft namelijk maar 2 millimeter ruimte tussen het verlaagd plafond en het echte plafond nodig, doordat het grootste gedeelte van de spot in uw verlaagd plafond zit gemonteerd (afbeelding 1). 

Rekenvoorbeeld
Stel u heeft een verlaagd plafond dat 15 millimeter dik is en de ruimte tussen uw verlaagd plafond en het echte plafond is 8 millimeter, dan past een spot met geïntegreerde trafo met een inbouwhoogte van minimaal 15 en maximaal 23 millimeter. Spots met een lage inbouwdiepte of ingebouwde trafo, vindt u hier.

De juiste maat led inbouwspots voor een nieuw plafond

Heeft u een nieuw verlaagd plafond of wilt u een bestaand verlaagd plafond zonder zaaggaten voorzien van led inbouwspots? Maak dan eerst een lichtplan. Zo weet u zeker dat uw spotjes op de juiste plek komen en de ruimte optimaal belichten. Wanneer u precies weet waar u de spots gaat plaatsen, kunt u de grootte van het zaaggat en de maximale inbouwdiepte gaan bepalen.

1. De grootte van het zaaggat

Omdat u nog geen gaten in uw plafond heeft, kunt u de grootte van het zaaggat zelf bepalen. Aan de hand van uw lichtplan kiest u de spots die u mooi vindt. De zaagmaat is het gedeelte van de spot dat in het plafond klemt (afbeelding 1). De volledige diameter van de spot behelst de doorsnede van de gehele spot (afbeelding 1). Boor een gat dat dezelfde of een grotere diameter als zaagmaat heeft, maar minstens 4 mm kleiner is dan de volledige diameter van de spot.  

Rekenvoorbeeld
U heeft een mooie led inbouwspot gezien met een volledige diameter van 85 millimeter en een zaagmaat van 75 millimeter. Om deze spot passend te maken, moet uw zaaggat een minimale doorsnede van 68 millimeter, en een maximale doorsnede van 81 millimeter hebben.

2. De inbouwdiepte

Bij het bepalen van de inbouwdiepte houdt u rekening met de dikte van uw plafond (afbeelding 1) en de ruimte tussen het verlaagd plafond en het bestaande plafond (afbeelding 1). Deze twee bij elkaar opgeteld plus 2 millimeter speling vertellen u welke inbouwdiepte spot u nodig heeft (afbeelding 1).

Is de ruimte tussen uw verlaagd plafond en het echte plafond minstens 20 millimeter? Dan kunt u kiezen voor een spot met of zonder ingebouwde trafo. Heeft u minder ruimte? Dan raden wij een led inbouwspot met een geïntegreerde trafo aan.

Rekenvoorbeeld
Stel u heeft een spotje op het oog met een ingebouwde trafo en een inbouwdiepte van 15 millimeter, dan moet uw plafonddikte plus de ruimte daarboven minimaal 17 millimeter zijn. Spots met een lage inbouwdiepte of ingebouwde trafo, vindt u hier. 

Kies de juiste IP-waarde

De IP-waarde bepaalt de stof- en waterdichtheid van de led en daarmee ook in welke ruimte en op welke plek een led het beste werkt. Hoe hoger de IP-waarde hoe beter de spot bestendig is tegen water en stof. Bij Ledinbouwspotsleds verkopen we spots met drie verschillende IP-waardes: IP 21, IP 44 en IP 65.

IP21 spots

Spotjes met een waarde van IP21 zijn stofdicht, maar niet waterdicht. Ze worden gebruikt voor binnenshuis en zijn uitermate geschikt voor ruimtes die niet vochtig zijn. Denk aan de woonkamer, keuken, slaapkamer en het toilet. Ook voor kantoorruimtes of restaurants zijn deze spots geschikt.

IP44 spots

Spotjes met een waarde van IP44 zijn spatwaterdicht en kunnen geplaatst worden in alle ruimtes van uw huis, dus ook in de badkamer. Tevens kunnen ze buiten onder een overkapping of in een veranda of serre worden gemonteerd. Deze spots kunnen echter niet ín een afgesloten douchecabine of in de badkuip worden geplaatst en zijn ook niet geschikt voor onoverdekte plekken in de tuin.

IP65 spots

IP65 spots zijn straalwaterdicht. Dit houdt in dat ze ín de wasbak, douchcabine, badkuip, jacuzzi en het zwembad geplaatst kunnen worden. Ook op onoverdekte plekken in de tuin kan deze led inbouwspot worden gemonteerd.

Dimbaar of niet dimbaar?

Alle spots bij Ledinbouwspotsleds zijn naast dat ze gewoon aan- en uitgaan, ook dimbaar. Het is afhankelijk van uw schakelaar of u de spot daadwerkelijk kunt dimmen. Heeft u een normale lichtknopschakelaar, dan zal de spot op volle sterkte aan- en uitgaan. Heeft u een dimmer, dan kunt u de lichtintensiteit aanpassen met de draaiknop.

Of u uw lampen wilt dimmen, is een kwestie van smaak. We zien vaak dat een dimmer wordt gemonteerd in ruimtes waarin sfeer belangrijk is. Ook op de badkamer komt de dimmer steeds vaker voor. Zo kunt u ‘s ochtends met gedimd licht rustig wakker worden, en ‘s avonds goed zien als u uw tanden poetst of haartjes verwijdert.

Soms kan het voorkomen dat uw dimmer niet aansluit op de spots die u heeft. Bij Ledinbouwspotsleds garanderen we dat we altijd de juiste dimmer voor uw spot leveren. Bekijk hier onze dimmers.

Welke lichtkleur spots?

De lichtkleur van een spot wordt uitgedrukt in kelvin (k). Hoe lager de kelvin, des te warmer het licht. Bij Ledinbouwspotsleds verkopen we deze kleuren spots:

3000k, ook wel warm wit: warm wit is een wat feller, witter licht en wordt wel eens gebruikt in een hobbykamer of schuur. Deze kleur licht komt u ook tegen in klaslokalen of de wachtkamer van de dokter.

2700k, ook wel extra warm wit: extra warm wit wordt over het algemeen het vaakst gekozen. Het is een warmer, ietsjes geler licht dat veelal wordt gebruikt in de woonkamer, keuken en slaapkamer. Ook in restaurants komt u deze spotjes tegen.

Dim to warm (1800k - 2700k): Dim to warm is een nieuwe soort led. Met een dimmer kunt u de spot van 2700k geleidelijk naar 1800k draaien. Deze lampen zijn uitermate geschikt voor in de badkamer, maar ook in ruimtes waarin u afwisselt tussen geconcentreerd zijn en gezelligheid. Denk aan de verlichting boven een keukentafel. Tijdens het eten gebruikt u gezellig warm licht en na het eten, als u nog even wilt werken of lezen, draait u de lamp naar 2700k. 

Kantelbare spots

Een aantal van onze inbouwspots zijn kantelbaar. Deze kantelbare spots kunt u als normale spot installeren en naar beneden laten schijnen, of kantelen zodat u de muur of een voorwerp belicht. U kantelt de spot door het schroefje aan de zijkant ietsjes losser te draaien en de spot in de juiste hoek te duwen. Pas op dat u het schroefje niet te los draait, want dan blijft de spot niet gekantelt, maar draait deze weer naar beneden.

Welk armatuur moet ik kiezen?

Welke kleur en vorm armatuur u kiest, hangt volledig af van uw stijl en persoonlijke smaak. Wij bieden naast vierkante en ronde inbouwspots, ook een breed scala aan kleuren aan. U kunt kiezen uit: 

- Chroom 
  Bij de kleur chroom moet u denken aan de kleur van een kraan: een spiegelend grijs/zilver. 

- Nikkel
Nikkel is een geschuurd, mat chroom dat in bepaald licht een beetje brons oogt. 

- Zilver
In tegenstelling tot chroom, spiegelt zilver niet. Onze zilveren

- Wit 

- Zwart 

Uiteindelijk komt er best veel kijken bij het kiezen van de juiste led inbouwspots: van de juiste maten tot aan de kleur en vorm. Heeft u nog vragen over dit artikel of over het kiezen van de juiste led inbouwspots? Neem dan contact met ons op.

Bij de inrichting van een huis wordt vaak direct gedacht aan de kleuren van de muren en het plafond, de vloer en de inrichting. Pas daarna wordt er rekening gehouden met de verlichting, terwijl dit juist het element is dat de uitstraling en de sfeer van een ruimte bepaalt. Om deze reden is het handig om van tevoren een lichtplan op te stellen. Dit is een tekening waarop precies komt te staan welke soort verlichting waar wordt geplaatst, en welke functie deze verlichting daar moet hebben. Hierbij kun je bijvoorbeeld rekening houden met algemene verlichting, om een ruimte evenredig te verlichten, maar ook aan werkverlichting, sfeerverlichting en accentverlichting.

Door een lichtplan te maken, krijg je een goed overzicht van welke verlichting waar hoort te komen. Gaat het bijvoorbeeld om een woonkamer, een keuken of een slaapkamer? En wat is de functie van deze ruimte? Welke verlichting hoort hierbij? Dit zijn allemaal vragen die je met het lichtplan goed op een rijtje kan zetten, zodat je goed voorbereid de verlichting kunt gaan plaatsen. Daarnaast is het ook handig om in het lichtplan de aansluitpunten, zoals de stopcontacten, op te nemen, zodat je zeker weet dat je niets tekortkomt bij het plaatsen van de verlichting. Bij het ontwerpen van een nieuwe woning, kun je met een lichtplan juist bepalen waar de aansluitpunten moeten komen.

Hoe maak je een lichtplan?

Met het onderstaande stappenplan kun je in eenvoudige stappen een lichtplan opstellen, waardoor je er zeker van bent dat je de juiste verlichting kiest voor de juiste plekken.

Stap 1: Teken de kamers

Eerst maak je een tekening van iedere kamer waarvoor je een lichtplan wilt opstellen. Het is hierbij handig om gebruik te maken van ruitjespapier, zodat je de ruimte mooi op schaal kunt tekenen. Als je alle muren en hoeken op papier hebt staan, kun je ook de ramen, deuren en andere vaststaande objecten erin tekenen. Neem vervolgens ook de grote meubels erin mee, zoals de eettafel, de bank, de televisie en de koelkast. Tot slot kun je ook de aansluitpunten in je tekening zetten, zodat je een goed beeld krijgt van hoeveel lampen je kunt gaan plaatsen en of er extra aansluitpunten nodig zijn.

Stap 2: Geef aan welke functie de ruimtes hebben

Elke plek in de kamer heeft een bepaalde functie, en sommige plekken kunnen zelfs meerdere functies hebben. Denk bijvoorbeeld aan de eettafel, waar je gaat zitten om te eten, maar misschien ook om te werken. En de bank, waar je wilt kunnen ontspannen en bezoek ontvangen, maar ook een boek wilt lezen. Teken rond elk van deze plekken een cirkel, en geef aan welke functie erbij hoort.

Stap 3: Geef aan welke soorten verlichting je nodig hebt

Ga nu voor iedere cirkel na welk soort verlichting het best bij de functie past. Je kunt verschillende symbolen gebruiken voor ieder type verlichting: basisverlichting, werkverlichting, accentverlichting, sfeerverlichting. Begin met het plaatsen van de basisverlichting; de verlichting die de hele ruimte verlicht. Om de kamer gelijkmatig te verlichten, kun je bijvoorbeeld meerdere plafondspots plaatsen, waarvan de lichtcirkels elkaar gedeeltelijk overlappen. Vervolgens kun je de overige soorten verlichting gaan plaatsen. Kies bijvoorbeeld voor werkverlichting als je aan tafel van plan bent om te gaan werken, of kies voor een leeslamp bij de bank of het bed, voor het lezen van een boek. Accentverlichting kun je gebruiken om een mooi schilderij, een beeld of een plant waar je trots op bent extra uit te lichten, en alle aandacht ernaartoe te trekken. Als je deze drie soorten verlichting hebt geplaatst, kun je de rest opvullen met sfeerverlichting. Hiermee kun je de uitstraling van je ruimte echt afmaken, dus wees creatief. Je kunt bijvoorbeeld spelen met verschillende hoogtes, door ook eens een spotje in de vloer of in de wand te plaatsen.

Stap 4: Kies de armaturen en lampen

Met deze stappen is het lichtplan al bijna klaar. Het enige wat er nu nog hoeft te gebeuren, is het uitkiezen van de lampen die op elke plek komen. Wil je bijvoorbeeld graag een hanglamp plaatsen boven de eettafel, of kies je toch voor een gelijkmatige verlichting met led inbouwspots? Voor een eenheid in het interieur, is het aan te raden om te kiezen voor armaturen en lampen van dezelfde materialen of kleuren.

Lichtplan badkamer

Bij het maken van een lichtplan in de badkamer, is het van belang om er rekening mee te houden dat de verlichting een zeker mate van waterdichtheid moet hebben. Kies voor verlichting met een IP-waarde van IP44 voor de algemene verlichting in de badkamer, en voor IP65 voor de extreem vochtige plaatsen, zoals net boven het bad, de douche of de wastafel.

Lichtplan keuken

In een keuken wil je het er natuurlijk sfeervol uit laten zien, maar er moet ook een goede werkverlichting zijn voor bij het koken en snijden. Ook in deze ruimte is basisverlichting erg belangrijk. Daarnaast kunt u werkverlichting plaatsen bij de werkoppervlakken, zoals het aanrecht en het fornuis. Kies bijvoorbeeld voor led inbouwspotjes onder de keukenkastjes, die je werkblad helder verlichten. Sfeerverlichting kan bijvoorbeeld geplaatst worden aan de binnenkant van de
keukenkastjes. Kies voor dimbare verlichting voor nog wat extra sfeer.

Lichtplan tuin

Bij een lichtplan voor de tuin houd je rekening met de plek van waaruit je de tuin wilt kunnen overzien. Kijk je vanuit de woonkamer door het raam de tuin in? Dan zijn dat de zichtlijnen waar het lichtplan op gebaseerd moet zijn. Vervolgens kun je uittekenen waar je nog goed wilt kunnen zien in het donker, bijvoorbeeld bij de tuindeur, of langs het tuinpad. Ook kun je ervoor kiezen om bepaalde voorwerpen, bomen of planten in je tuin uit te lichten met behulp van grondverlichting. Kies bij alle verlichting in de tuin wel voor een verlichting met een hoge IP-waarde, om bestand te zijn tegen alle weersomstandigheden.

Termen als lumen, watt en lux vliegen u om de oren wanneer u op zoek gaat naar de juiste lichtsterkte. De verschillen tussen de cijfers zijn vaak groot. Misschien raakt u hierdoor in de war. Wij helpen u in dit artikel verder. We leggen het verschil tussen lumen en watt uit, maar vertellen u ook hoe u bepaalt wat u nodig heeft. Daarnaast lichten we toe hoe lumen en lux aan elkaar gerelateerd zijn. Met deze informatie kunt u led-inbouwspots met de juiste lichtsterkte aanschaffen en heeft u altijd passende verlichting in uw huis.

Wat is lumen en wat is watt?

De hoeveelheid zichtbaar licht die een lichtbron uitstraalt, drukken we uit in lumen. Als u weet hoeveel lumen u nodig heeft in een ruimte, dan kunt u met dat getal eenvoudig de juiste verlichting kiezen. Doet u dit aan de hand van het wattage, dan raakt u al snel in de knoop. Wattage is gerelateerd aan elektriciteit en lumen aan lichtsterkte.

Een led-inbouwspot en een halogeenlamp kunnen hetzelfde aantal lumen opwekken, maar een led-inbouwspot is veel energiezuiniger. Daardoor ligt het wattage van een led-spot veel lager dan bij een halogeenspot met hetzelfde aantal lumen. Vervangt u uw oude halogeenspots één op één door led-inbouw of -opbouwspots met een gelijk aantal lumen? Dan bespaart u aanzienlijk op uw energieverbruik.

Vergelijkingstabel lumen en watt

Type	Gloeilamp	Halogeenlamp	Spaarlamp	Led-lamp
200-300 lumen	20-30 watt	18-25 watt	5-6 watt	2-4 watt
300-500 lumen	40 watt	35 watt	8 watt	3-5 watt
500-700 lumen	60 watt	50 watt	11 watt	5-7 watt
700-1.000 lumen	75 watt	65 watt	15 watt	8-10 watt
1.000-1.250 lumen	120 watt	100 watt	20 watt	10-13 watt
1.250-2.000 lumen	150-250 watt	125 watt	20-33 watt	13-20 watt

Hoeveel lumen heb ik nodig?

Het aantal lumen dat u nodig heeft in een ruimte is afhankelijk van verschillende factoren. Allereerst natuurlijk de afmeting van de ruimte en de hoeveelheid natuurlijk licht die naar binnen valt. Hoe groter of donkerder de ruimte is, hoe meer lumen u nodig heeft om deze goed te verlichten. Ook de kleur van de wanden en het plafond en de functie van de ruimte spelen een grote rol bij het bepalen van het juiste aantal lumen.

Als vuistregel kunt u aanhouden dat een prettige hoeveelheid licht in de badkamer ongeveer 2.000 tot 4.000 lumen is, en voor een keuken ongeveer 5.000 tot 10.000 lumen is.

Lumen en lux

Een andere term die u tegenkomt bij verlichting is ‘lux’. Hoewel deze eenheid een beetje op lumen lijkt, kunnen ze niet door elkaar gebruikt worden.

Lumen gebruiken we om de hoeveelheid licht aan te duiden die een lamp -in alle richtingen- uit kan stralen. Lux daarentegen gebruiken we om aan te geven hoeveel licht er op een bepaalde oppervlakte kan schijnen. Het aantal lux staat dus voor het aantal lumen per vierkante meter. Dat kan handig zijn als extra indicatie als u bijvoorbeeld een werkblad goed wilt verlichten. Met de juiste oppervlakte van de ruimte en de gewenste hoeveelheid lumen kiest u in een handomdraai de led-inbouwspots die het beste passen bij uw situatie.

In de afgelopen jaren is een groot deel van Nederland al overgestapt van de conventionele halogeenverlichting op led verlichting. De markt van de led spots, led strips en led stralers wordt steeds groter, en de lampen zijn dan ook in alle soorten en maten te verkrijgen. Intussen raken de halogeenlampen, gloeilampen en spaarlampen steeds verder op de achtergrond. Per 1 september 2018 worden er zelfs geen halogeenlampen meer verkocht in de Europese Unie! Hebt u nog halogeenverlichting in huis en overweegt u dit te vervangen door led? In dit artikel geven we u de voordelen van verlichting met led spots ten opzichte van halogeen, en leggen we u uit hoe u te werk kunt gaan om uw halogeenverlichting te vervangen door led.

Voordelen van led verlichting

Een halogeenlamp is eigenlijk een soort gloeilamp, maar dan is de lamp gevuld met de gassen broom en jodium, die de gloeidraad verhitten. Dit zet een groot deel van de energie om in licht, maar er gaat ook een gedeelte van de energie verloren aan warmte.

Led spots daarentegen, worden verlicht met behulp van licht-emitterende diodes, vandaar ook de afkorting ‘led’. Hier komt nauwelijks warmte bij kijken, waardoor het grootste deel van de energie dus wordt omgezet in licht. Hierdoor zijn led spots een stuk zuiniger dan halogeen. Daarnaast gaat een led lamp ook een stuk langer mee: de gemiddelde levensduur hiervan is 15.000 branduren, maar liefst 7,5 keer langer dan de gemiddelde levensduur van een halogeenlamp met slechts 2000 branduren. U hoeft een led lamp dus nauwelijks te vervangen, wat u tijd en geld bespaart. 

Uw halogeen vervangen door led, stap voor stap

Als u uw halogeenlampen gaat vervangen door led, is het belangrijk om van tevoren goed te weten welke led lamp u moet kiezen, om uw woning net zo gelijkmatig te kunnen verlichten. Hiervoor kunt u het volgende stappenplan aanhouden:

1. Controleer de lampvoet van uw halogeenlamp. Als deze geschikt is voor 12V, dan hebt u ook een led spot van 12V nodig. Hebt u een fitting voor 230V, dan kunt u dit ook bij de led spots toepassen.
2. Bekijk de hoeveelheid lumen van uw halogeenlamp. Dit is de hoeveelheid licht die de spot uitstraalt. Aan wattage hebt u niet zoveel, omdat led spots een stuk minder stroom zullen uitstralen, en daarom dus ook automatisch een lager wattage zullen hebben. 
3. Kies de kleurtemperatuur die u wilt hebben. Over het algemeen wordt in huis gekozen voor een kleurtemperatuur van 2700 kelvin voor ruimtes waarin u wilt ontspannen; dit geeft een gezellige, warme verlichting. In ruimtes waar u wat meer licht nodig hebt, zoals een studeerkamer of keuken, kunt u kiezen voor een kleurtemperatuur van 3000 tot 3200k.
4. Kies het soort led spot dat u wilt hebben. Dimbare verlichting om extra sfeer aan te brengen in uw ruimte, kantelbare verlichting voor functionele verlichting, en zo zijn er nog veel meer opties om uit te kiezen.

Als u eenmaal de juiste led lampen hebt gekozen, is het vervangen van uw halogeenlampen eigenlijk heel simpel. Zorg ervoor dat u de stroom uitgeschakeld hebt en dat de halogeenlampen minimaal een half uur de tijd hebben gehad om af te koelen, zodat u zich niet brandt. Vervolgens kunt u uw halogeenlampen uit het boorgat draaien en uw led inbouwspots erin klikken. Zo simpel is het! Schakel de stroom weer in, en geniet van uw prachtige led verlichting. 

Hoeveel lumen heb ik nodig?

Als u led spots koopt, ziet u vaak een getal staan voor het wattage en een getal voor het aantal lumen. Bij halogeen vervangen door led, kunt u het best letten op het aantal lumen, omdat dit een maat is voor de hoeveelheid licht die een lamp in alle richtingen uitstraalt. Het aantal lumen dat u nodig hebt, is afhankelijk van de grootte van de ruimte, de functie van de ruimte en factoren als de kleuren van de muren en het plafond, en de hoeveelheid ramen die de kamer heeft. Hoe donkerder en groter de ruimte, des meer licht er nodig is en des te groter het aantal lumen moet zijn. 

Uw halogeenlampen vervangen door led bij Ledinbouwspotsleds.nl

Tussen onze productpagina’s vindt u allerlei geschikte lampen die u kunt gebruiken om uw halogeenspots te vervangen. Zo bieden we sfeervolle, dimbare inbouwspots die met hun prachtige warm witte licht uw kamer extra sfeervol maken, en daarnaast nog veel meer. Hebt u nog vragen over het vervangen van halogeenlampen door led, neem dan gerust contact met ons op. Wij helpen u graag verder.

Het is natuurlijk mogelijk om 1 led-spot als basisverlichting te installeren. Toch kiezen de meeste mensen ervoor om meerdere led-spots bij elkaar te plaatsen. Het is echter meestal niet haalbaar om iedere led-spot te voorzien van een eigen stekker en stopcontact. Daarom worden ze vaak in serie geschakeld of parallel doorgelust. Wat is het verschil tussen deze manieren van schakelen? En welke schakeling kunt u het beste gebruiken? We leggen het u graag uit in dit artikel.

Wat zijn serieschakelingen?

Voor een serieschakeling maakt u gebruik van 1 stroom kring: u schakelt alle led-inbouwspots achter elkaar. In serie dus. De elektriciteit uit de voeding loopt eerst door de positieve kant van de eerste lamp en vervolgens door de negatieve kant. Daarna gaat hij door naar de volgende lamp om zo de stroomkring rond te maken. Gaat er in de serieschakeling 1 lamp stuk, dan is de stroomkring verbroken. De elektriciteit kan niet verder. Vroeger werkten dan alle led-spots in de schakeling niet meer. De meeste moderne led-spots hebben echter een ingebouwde brug, waardoor de elektriciteit door kan stromen naar de volgende led-spot als er 1 spot stuk gaat.

Wat zijn parallelschakelingen?

Bij een parallelschakeling lust u de led-inbouwspots in meerdere circuits door naar de spanningsvoeding. U verbindt alle positieve en negatieve kanten met elkaar, waardoor de elektriciteit door meerdere stroomkringen kan lopen. Daardoor onderbreekt 1 kapotte spot de stroomkring niet en geven de overige spots gewoon licht.

Wanneer past u welke schakeling toe?

De spanning of stroomsterkte van de led-inbouwspots bepalen of u de spotjes in serie of toch liever parallel kunt schakelen. Gebruikt u spots van 350 mA, 500 mA, 700 mA of 1050 mA? Dan moet u deze in serie schakelen. Led-inbouwspots van 12 V, 24 V of 230 V kunt u echter beter doorlussen in een parallelschakeling voor de beste resultaten.

Kroonsteentjes of verbindingsklemmen?

Lampen doorlussen met kroonsteentjes is vaak een heel gedoe. We raden u daarom aan verbindingsklemmen te gebruiken voor een net resultaat. U kunt zowel fijne als massieve draden in de verbindingsklemmen plaatsen. Een klem bevat 3 verbindingspunten: 1 voor de draad van de klem van de vorige lamp, 1 voor de lamp zelf en 1 voor de draad naar de klem van de volgende lamp. U heeft per verbinding in ieder geval 2 klemmen nodig. Eentje voor de fasedraad en 1 voor de nuldraad. Wilt u uw led-inbouwspots aarden, dan heeft u nog een 3e klem nodig voor de randaarde. Deze klemmen, en alle andere accessoires die u nodig heeft voor het plaatsen en doorlussen van led-inbouwspots, kunt u aanschaffen via onze webwinkel.

Een knipperende of flikkerende led-lamp is bijzonder vervelend. Uw hele omgeving lijkt te knipperen en dit leidt ontzettend af. Bovendien kan dit, naast vervelend, ook gezondheidsklachten opleveren. Wanneer u een hele poos in een ruimte met een knipperende led-lamp verblijft, kunt u last krijgen van hoofdpijn, vermoeidheid en pijn aan de ogen. Het verhelpen van een knipperende led-lamp is in de meeste gevallen redelijk eenvoudig. In dit artikel noemen we de meest voorkomende oorzaken én de oplossingen voor het probleem.

Knipperende led-lamp door:

• Een verkeerde dimmer of een niet-dimbare led-lamp

Wanneer u een verkeerde dimmer gebruikt of probeert een niet dimbare led-lamp te dimmen, dan gaan led-lampen knipperen. Deze krijgt in dat geval te weinig voeding. Het gevolg is dat hij gaat knipperen. De oplossing is vrij eenvoudig: sluit een dimbare led-lamp aan of probeer de lamp niet meer te dimmen.

• Een dimmer voor gloei- of halogeenlamp

Het kan ook juist zijn dat u een te sterke dimmer gebruikt. Bijvoorbeeld een dimmer voor een gloei- of halogeenlamp. Deze dimmers leveren een hoog vermogen, terwijl led-lampen juist een laag vermogen nodig hebben. Dimt u de LED-lampen dan gaan ze ook knipperen. Wanneer u de dimmer vervangt door een led-dimmer, is het probleem opgelost.

• Een verkeerd type dimmer

Het kan echter ook zijn dat u een verkeerde led-dimmer gebruikt. Er zijn namelijk twee verschillende soorten dimmers voor led-verlichting. Eén werkt met een dimbare driver met fase afsnijding (trailing edge) en de ander met fase aansnijding (leading edge). Sluit u de led-lampen aan op een dimmer die niet bij de transformator past, dan gaan de lampen knipperen. Dit probleem kan worden verholpen door de dimmer te vervangen. Wij verkopen verschillende dimmers voor uw led-verlichting.

• Een verkeerde transformator

Heeft u uw led-lamp aangesloten op een verkeerde transformator, dan kan hij ook gaan flikkeren. Het spreekt voor zich, dat u uw led-lampen aan moet sluiten op een led-transformator en niet op een halogeentransformator. Maar zelfs bij led-transformatoren kan het mis gaan. Een led-transformator heeft namelijk een minimaal vermogen. Hebben uw led-lampen een lager vermogen dan dit minimum, dan kunnen ze gaan knipperen. Zodra u de transformator vervangt door een led-transformator met een lager minimum vermogen, houdt het knipperen op.

• Problemen met de driver

Een andere oorzaak van knipperende led-verlichting kan ontstaan wanneer u een niet dimbare led driver heeft. U kunt dit verhelpen door uw driver te vervangen. Begint uw led-lamp te knipperen terwijl hij het voorheen prima deed? Dan is waarschijnlijk de driver defect, bijvoorbeeld door oververhitting. U moet dan een nieuwe driver installeren. Wanneer de driver in de led-lamp is ingebouwd, dient u de hele lamp te vervangen.

• Fluctuaties in het net

Een laatste oorzaak voor een knipperende led-lamp zijn fluctuaties in het elektriciteitsnet. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren wanneer u verschillende apparaten op dezelfde stroomgroep aansluit of als er een klein lek in het elektriciteitsnet zit. In het laatste geval gaat er telkens een beetje stroom verloren, waardoor de verlichting instabiel wordt. Door de isolatie van uw bedrading te controleren en eventueel te repareren, kunt u dit oplossen. U kunt knipperende led-verlichting ook voorkomen door geen grote andere apparaten op dezelfde elektriciteitsgroep aan te sluiten of door een stabilisator te plaatsen.

Scroll direct door naar:

• Benodigdheden installeren led inbouwspots
• Parallel schakelen/doorlussen van led inbouwspots
• Stappenplan installeren led inbouwspots

Het installeren van led inbouwspots lijkt een lastige klus, maar met dit eenvoudige stappenplan schijnen jouw led inbouwspots in no-time. Eerst zetten we alle benodigdheden op een rijtje. Daarna lichten we toe hoe je de nieuwe spots installeert.

In dit artikel gaan we ervanuit dat je al een lichtplan hebt gemaakt en dat je de gaten voor de led inbouwspots al in je verlaagd plafond hebt gezaagd of laten zagen. Heb je de benodigde kabels al over het verlaagd plafond liggen en hoef je alleen maar één of meerdere spots aan de stroomkabel aan te sluiten? Check dan of je genoeg led inbouwspots, lasklemmen en eventueel een dimmer hebt, zet de stroom uit en scroll dan direct door naar stappenplan led inbouwspots installeren, stap 5.

Benodigdheden installeren led inbouwspots

Voor het installeren van led inbouwspots heb je de volgende vier zaken nodig.

1. Jouw favoriete led inbouwspots

Het kiezen van led inbouwspots is afhankelijk van een aantal technische factoren en jouw persoonlijke smaak. Ons artikel “Hoe kies ik de juiste led inbouwspots” helpt je bij het selecteren van goed passende spots met de juiste waterdichtheid en lichtkleur. 

2. Een elektrische draad van 230V

Om de led inbouwspots aan elkaar, en met de plafond centraaldoos of het stopcontact te verbinden, heb je een elektrische draad van 230V nodig. Er zijn drie soorten elektrische draden:

1. 2x0,75: voor maximaal 10 spotjes
2. 2x1,00: voor minder of meer dan 10 spotjes
3. 2x1,00: hittebestendig, voor minder of meer dan 10 spotjes 

Al deze elektrische draden koop je in onze webshop. De hittebestendige, elektrische draad wordt altijd in de badkamer en in andere vochtige ruimtes met veel zwaardere, elektrische apparaten gebruikt. Zo wordt de kans op kortsluiting nog kleiner. Je kunt overwegen om de 2x1,00 hittebestendige kabels overal in huis te gebruiken voor extra veiligheid.

Om de benodigde lengte van de kabel te berekenen, raden wij aan om de afstand tussen de spots op te meten en per spot 200 mm/20 cm speling aan te houden. Zo ligt de kabel niet te strak op het verlaagd plafond en kun je er makkelijker de spots aan verbinden. Tel hier ook de afstand tussen de plafond centraaldoos naar de eerste spot bij op. 

Formule: 
Afstand tussen plafond centraaldoos en eerste spot in mm 
Afstand tussen spots in mm + (200 mm x aantal spots)                    +
_________________________________________________________
= Benodigde lengte elektrische draad  

3. Een dimmer of lichtknopschakelaar

Onze led inbouwspots kun je verbinden met een dimmer of een gewone lichtknopschakelaar. Met een dimmer ben je baas over je eigen licht en bepaal je de sfeer in de ruimte. Wanneer je een van onze dimmers bij jouw led inbouwspots bestelt, heb je de garantie dat de spotjes volledig aan- en uitgedraaid kunnen worden en dat ze niet zullen knipperen of irritant gaan brommen. 

4. Genoeg lasklemmen

De meest gebruiksvriendelijke manier om spots te installeren, is met de Wago lasklem. We verkopen drievoudige Wago lasklemmen in onze webshop. Deze kun je gebruiken om 2 of 3 kabels aan elkaar te verbinden. Je kunt de kabels ook met kroonsteentjes verbinden, echter wordt het dan een iets minder eenvoudige klus.

Je hebt 2 lasklemmen nodig om de plafond centraaldoos met de elektrische draad te verbinden en per spot heb je 2 lasklemmen nodig.

Formule: 
2 
aantal spotjes x 2      +
___________________
Aantal benodigde lasklemmen

Je gebruikt de lasklem door het oranje klemmetje te openen, de kabel - met c.a. 3 mm ontbloot koper - erin te schuiven en het klemmetje weer te sluiten. 

Meer informatie over het gebruik van lasklemmen, vind je hier. 

5. Optioneel: stekker

Is het niet mogelijk of wenselijk om de led inbouwspots te verbinden aan de plafond centraaldoos? Dan kun je ervoor kiezen om de spotjes aan een stekker te verbinden. Zo bedien je jouw spots met een stekkerdoos. Dit komt vaker voor bij spotjes die in een kast zijn gemonteerd of bij opbouwspots.
Leed hier hoe je led inbouwspots aan een stekker verbindt

Parallel schakelen/doorlussen van led inbouwspots

Led inbouwspots worden altijd parallel geschakeld. Dit wordt ook wel doorlussen genoemd. Bij parallel schakelen worden de begin- en eindpunten van de spotjes met elkaar verbonden. Valt een spotje uit, dan blijft de rest schijnen. 

We raden niet aan om de spots serie te schakelen. Gaat één spotje kapot? Dan zit je zonder verlichting.  

Hieronder vind je de parallel aansluitschema’s voor led inbouwspots met en zonder trafo. Het is handig om het juiste aansluitschema voor de spotjes bij de hand te houden tijdens de installatie.

Stappenplan installeren led inbouwspots

Je installeert led inbouwspots in een aantal eenvoudige stappen. Heb je alle kabels al op het plafond liggen en hoef je enkel de spots te verwisselen? Bekijk dan stap 1 en stap 5, en begin bij stap 6, punt 6. 

Stap 1: zet de stroom uit

Zet de stroom uit in de ruimte waar je de led inbouwspots gaat installeren. Veiligheid gaat boven alles. 

Stap 2: verbind de stroomkabel met de plafond centraaldoos 

Met 2 lasklemmen verbind je de stroomkabel met de plafond centraaldoos. 

1. Haal met een mesje of kabelstripper 20 millimeter (2 centimeter) van het witte beschermende rubber van de stroomkabel weg, zodat de blauwe en bruine kabel te zien zijn (afbeelding 4).  
2. Haal ongeveer 3 millimeter blauw en bruin rubber weg, zodat het koper bloot komt te liggen (afbeelding 5).
3. Verbind met 1 lasklem de bruine kabel uit de plafond centraaldoos met de bruine kabel in de stroomkabel (afbeelding 6). 
4. Verbind met de andere lasklem de blauwe kabel uit de plafond centraaldoos met de blauwe kabel uit de stroomkabel (afbeelding 6). 

Het middelste klemmetje blijft bij beide lasklemmen leeg. Pas op: verbind geen bruine kabel met een blauwe kabel. Dat veroorzaakt kortsluiting. 

Stap 3: trek de stroomkabel over het plafond

Trek de stroomkabel over het plafond en laat bij ieder zaaggat een lus van 200 mm/ 20 cm uit het plafond hangen. Zo kun je later eenvoudiger de led inbouwspots monteren. 

Stap 4: haal de spotjes van de connector af (spots met externe trafo)

De connector verbindt de spot met de trafo. Door de spotjes van de connector af te halen, kun je eenvoudiger de kabels met elkaar verbinden en de trafo makkelijker wegwerken op het verlaagd plafond.

Haal de spotjes van de connector af, door ze voorzichtig van het verbindingsstuk af te draaien.

Stap 5: Installeer één voor één de led inbouwspots

1. Knip een stroomkabellus door.

Afbeelding 3: 1. Knip een stroomkabellus door
 

2. Haal met een mesje of kabelstripper 20 millimeter (2 centimeter) van het witte beschermende rubber weg, zodat de blauwe en bruine kabel te zien zijn.

Afbeelding 4: 2. Leg 20 mm blauwe en bruine kabel bloot
 

3. Haal ongeveer 3 millimeter blauw en bruin rubber weg, zodat het koper bloot komt te liggen.

Afbeelding 5: 3. Leg 3 mm koper bloot
 

4. Verbind met de lasklem de blauwe kabels weer aan elkaar. Doe dit door een blauwe draad in het linker klemmetje te klemmen en een blauwe draad in het rechter klemmetje te klemmen. De middelste klem blijft leeg. (afbeelding 6)

5. Herhaal stap 4 met de bruine kabels. (afbeelding 6) 

Afbeelding 6: 4&5. Verbind de blauwe en bruine kabels aan elkaar.

6. Klem de kabeltjes van de trafo of de spot met ingebouwde trafo in de lasklem. 

Led inbouwsspot met ingebouwde trafo: Klem de bruine kabel in de lasklem met de bruine kabels. Klem de blauwe kabel in de lasklem met de blauwe kabels. Pas op: verbind geen bruin met blauw, dan wordt er kortsluiting veroorzaakt.

Afbeelding 7: 6. Verbind de spot met ingebouwde trafo aan de stroomkabel

Led inbouwspot met externe trafo: klem de witte kabels van de trafo in de middelste klemmetjes van de lasklemmen. Het maakt niets uit welke kabel in welke lasklem gaat. (afbeelding 1)

Afbeelding 8: 6. Verbind de inbouwspot met externe trafo aan de stroomkabel

7. Plaats de led inbouwspot in het plafond. Voor een spot met ingebouwde trafo werkt het net iets anders dan bij een spot met externe trafo: 

Led inbouwspot met ingebouwde trafo: plaats de spot in het plafond. Doe dit door de spot vast te klemmen met de veertjes. 

Afbeelding 9: 7. Plaats de spot met ingebouwde trafo in het plafond. 

Led inbouwspot met externe trafo: Leg de trafo op het verlaagd plafond, draai de spot in de connector en plaats de spot in het plafond. Doe dit door de spot vast te klemmen met de veertjes.

Afbeelding 10: 7. Leg te trafo op het verlaagd plafond en klem de spot in het plafond. 

8. Herhaal dit stappenplan bij het installeren van alle led inbouwspots

Led is een afkorting voor Light Emitting Diode, in het Nederlands lichtemitterende diode. Dit is een zuinige lamp, die gebruik maakt van elektriciteit om licht te produceren. Hierbij komt een heldere verlichting vrij met nauwelijks warmte, waardoor led lampen geschikt zijn voor vele verschillende toepassingen.

Wat is een led lamp?

De Light Emitting Diode, oftewel LED lamp, is op de markt gekomen als een vervanging voor halogeenlampen, gloeilampen en spaarlampen. Het lampje, met een doorsnee van 0,5 tot 9 mm, zorgt voor een veel zuinigere verlichting dan de eerdere soorten lampen, waardoor ledverlichting goed is voor het milieu én veel stroomkosten kan besparen. Daarom wordt ledverlichting niet alleen gebruikt in huishoudelijke apparaten, zoals magnetrons, wekkers en ovens, maar ook als spots op zichzelf. Vroeger hadden led lampen nog een negatief imago omdat mensen ze associeerden met een strakke, koele verlichting zoals in een ziekenhuis, maar tegenwoordig zijn ze te krijgen in allerlei heldere, warme lichtkleuren. Ze worden steeds meer toegepast in woningen, kantoren en grootschalige bedrijven.

Hoe werkt ledverlichting?

Door elektriciteit door de diode te leiden, komt er energie vrij. Deze energie wordt vervolgens omgezet in licht: het licht dat uit de led lamp straalt. Omdat de meeste energie in led lampen wordt omgezet tot licht, komt er niet veel warmte vrij bij het produceren van verlichting. Dit zorgt ervoor dat de lampen veilig zijn om te gebruiken, en dat ze een lange levensduur hebben. Door de materialen en de processen waarmee de led chip is gemaakt, wordt de kleur van het licht bepaald. Daarom kunnen led lampen tegenwoordig ook een warme, heldere verlichting uitstralen. Vaak wordt er in de led lampen ook een dimbare chip gezet, waardoor het licht met behulp van een dimmer helderder of juist minder helder kan worden uitgestraald.

Led verlichting is in de meeste gevallen dimbaar. Dit is echter niet standaard zo bij iedere lamp; het moet wel op de verpakking staan aangegeven. Er moet namelijk een elektronische regelaar zijn ingebouwd in de spot, die ervoor zorgt dat het licht kan worden gedimd.

Controleren of een led lamp dimbaar is

Meestal kunt u niet met het blote oog zien of een led lamp dimbaar is of niet. Dit komt omdat de dimbare functie zit ingebouwd in een elektronische chip, die de hoeveelheid stroom die door de led spots gaat kan regelen. Wanneer u ervoor kiest om de lamp te dimmen, zorgt deze chip ervoor dat er minder stroom door de lamp gaat, waardoor de verlichting dus ook minder helder zal zijn. Deze elektronische regelaar zit meestal weggewerkt in de fitting, zodat u hem niet direct kunt zien. Bij het kopen van de led spots moet dus specifiek staan aangegeven of de lamp dimbaar is of niet. Ziet u er niets over staan, dan kunt u er vanuit gaan dat de lamp niet dimbaar is. 

Een led dimmer voor uw dimbare lampen

Om de lampen goed te kunnen dimmen, hebt u een led dimmer nodig. Als u nog een oude dimmer hebt voor uw halogeenlampen of gloeilampen, is het raadzaam om deze te vervangen door een speciale led dimmer. De ‘oude’ dimmers werken namelijk op lampen met een hoger vermogen, en omdat led lampen minder stroom verbruiken, is het vermogen lager. Het gebruik van een oude dimmer op deze lampen kan daarom leiden tot een knipperende verlichting en een verkorte levensduur van de spots. Als u kiest voor een speciale led dimmer om uw led verlichting mee te dimmen, zult u geen last hebben van deze problemen. In 85% van de gevallen kunt u het best kiezen voor een zogenaamde ‘fase afsnijding’ dimmer, omdat vrijwel alle lampen hierop werken.